23 juni 2021
dagopening

woensdag, 23 juni 2021

Het leven van Paulus

Video: The Flying Pages (afspelen vanaf 4:10-4:25)

Paulus vertelt over zichzelf.

NBV | Filippenzen 3:5-9

Ik werd besneden toen ik acht dagen oud was en behoor tot het volk van Israël, tot de stam Benjamin, ik ben een geboren Hebreeër met de wetsopvatting van een farizeeër en heb de gemeente fanatiek vervolgd. Aan wat er in de wet over gerechtigheid staat, voldeed ik volledig. Maar wat voor mij winst was, ben ik omwille van Christus als verlies gaan beschouwen. Sterker nog, alles beschouw ik als verlies. Het kennen van Christus Jezus, mijn Heer, overtreft immers alles. Omwille van hem heb ik alles prijsgegeven; ik heb alles als afval weggegooid. Ik wilde Christus winnen en één met hem zijn – niet door mijn eigen rechtvaardigheid omdat ik de wet naleef, maar door die van God, de rechtvaardigheid die er is door het geloof in Christus.

BGT | Filippenzen 3:5-9

Ik kom uit een echte Hebreeuwse familie. Ik ben besneden toen ik acht dagen oud was. Ik hield me aan de wet, en volgde de uitleg van de farizeeën. Ik heb mijn best gedaan om de christenen te vervolgen. Ik deed precies wat je volgens de Joodse wet moet doen om een goed mens te zijn. Vroeger dacht ik dat ik een goed mens was. Maar nu weet ik dat het verkeerd is om zo te denken. Sterker nog: er is geen enkele reden om op mezelf te vertrouwen. Want het gaat om Christus, mijn Heer. Het enige wat ik wil, is bij Christus horen. Het gaat om Christus. Daarom heb ik al het andere opgegeven. Alles wat ik vroeger zo belangrijk vond, vind ik nu totaal waardeloos. Ik kan van mezelf geen goed mens maken door me aan de Joodse wet te houden. Nee, God ziet mij als een goed mens omdat ik geloof. Doordat ik geloof in Christus, mag ik bij Christus horen, en zal ik gered worden.

Verwerking

Paulus hoorde bij de stam Benjamin, net als de vroegere koning Saul.

Eerst leefde hij strikt volgens de regels van de farizeeën. Hij dacht zo God te dienen.

Dan komt hij tot geloof in Jezus en verandert alles in zijn leven. Hij wil nu nog maar één ding: preken. Hij laat zijn verleden achter zich en vertrouwt op de vergeving van zonden, die Jezus aan hem geeft. Alleen op die manier krijgt hij en krijgen wij ook vrede met God.

Hoe belangrijk zijn afkomst en positie voor jou? Van een aantal vluchtelingen is bekend dat zij in hun eigen land erg belangrijk waren, een bepaalde status hadden. Wanneer je dan vlucht, wat blijft er dan van deze positie en je status over?