15 april 2025
dagopening

dinsdag, 15 april 2025

Pasen

Getuigen

De evangeliën getuigen vier keer van de opstandig van Jezus

NBV | Mattheüs 28: 1-8 en Marcus 16: 1-8

Na de sabbat, bij het ochtendgloren van de eerste dag van de week, kwam Maria van Magdala met de andere Maria naar het graf kijken. Plotseling begon de aarde hevig te beven, want een engel van de Heer daalde af uit de hemel, liep naar het graf, rolde de steen weg en ging erop zitten. Hij lichtte als een bliksem en zijn kleding was wit als sneeuw. De bewakers beefden van angst en vielen als dood neer. De engel richtte zich tot de vrouwen en zei: ‘Wees niet bang, ik weet dat jullie Jezus, de gekruisigde, zoeken. Hij is niet hier, Hij is immers uit de dood opgewekt, zoals Hij gezegd heeft. Kijk, dit is de plaats waar Hij gelegen heeft. En ga nu snel naar zijn leerlingen en zeg hun: “Hij is opgewekt uit de dood, en dit moeten jullie weten: Hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zul je Hem zien.” Onthoud dat ik jullie dit gezegd heb.’ Ontzet en opgetogen verlieten ze het graf; ze haastten zich om het aan zijn leerlingen te vertellen. Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria van Magdala en Maria, de moeder van Jakobus, en Salome geurige olie om Hem te balsemen. Op de eerste dag van de week gingen ze heel vroeg in de ochtend, vlak na zonsopgang, naar het graf. Ze zeiden tegen elkaar: ‘Wie zal voor ons de steen voor de ingang van het graf wegrollen?’ Maar toen ze opkeken, zagen ze dat de steen al was weggerold; het was een heel grote steen. Toen ze het graf binnengingen, zagen ze rechts een in het wit geklede jongeman zitten. Ze schrokken vreselijk. Maar hij zei tegen hen: ‘Wees niet bang. Jullie zoeken Jezus van Nazaret, die gekruisigd is. Hij is opgewekt uit de dood, Hij is niet hier; kijk, dat is de plaats waar Hij was neergelegd. Ga terug en zeg tegen zijn leerlingen en tegen Petrus: “Hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zullen jullie Hem zien, zoals Hij jullie heeft gezegd.”’ Ze gingen naar buiten en vluchtten bij het graf vandaan, want ze waren bevangen door angst en schrik. Ze waren zo erg geschrokken dat ze tegen niemand iets zeiden.

BGT | Mattheüs 28: 1-8 en Marcus 16: 1-8

De sabbat was voorbij. De volgende dag gingen Maria uit Magdala en de andere Maria bij het graf kijken. Het was nog vroeg, de zon kwam net op. Opeens was er een grote aardbeving. Er kwam een engel van de Heer uit de hemel naar beneden. Hij rolde de steen van het graf weg en ging erop zitten. Hij leek op het stralende licht van de bliksem. En zijn kleren waren zo wit als sneeuw. De soldaten die het graf moesten bewaken, beefden van angst en vielen op de grond. Het leek alsof ze dood waren. De engel zei tegen de vrouwen: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus, die aan het kruis gestorven is. Maar hij is hier niet. Want hij is opgestaan uit de dood, zoals hij gezegd heeft. Kom maar kijken, hier heeft hij gelegen. Ga nu snel naar de leerlingen en zeg hun dat Jezus uit de dood is opgestaan. Vertel hun ook dat Jezus naar Galilea gaat. En dat ze hem daar zullen zien. Dat is wat ik tegen jullie moest zeggen.’ Snel gingen de vrouwen weg bij het graf. Ze waren geschrokken, maar ook ontzettend blij. Ze wilden zo snel mogelijk aan de leerlingen gaan vertellen wat er gebeurd was. Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria uit Magdala en Maria, de moeder van Jakobus, en Salome olie met een lekkere geur. Daarmee wilden ze het lichaam van Jezus gaan verzorgen. Op zondag gingen ze naar het graf. Het was heel vroeg in de ochtend, de zon kwam net op. Onderweg zeiden ze tegen elkaar: ‘Wie zal voor ons de steen wegrollen die voor de ingang van het graf ligt?’ Het was namelijk een erg grote steen. Maar toen ze bij het graf kwamen, zagen ze dat de steen al weggerold was. De vrouwen gingen het graf binnen. Daar zagen ze een jonge man zitten. Hij zat aan de rechterkant en hij droeg witte kleren. De vrouwen schrokken vreselijk. Maar de jonge man zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus uit Nazaret. Hij is gestorven aan het kruis. Maar hij is opgestaan uit de dood. Hij is niet hier. Kijk, hier heeft hij gelegen.’ De jonge man zei verder: ‘Jullie moeten naar Petrus en de andere leerlingen gaan. En jullie moeten tegen hen zeggen dat Jezus naar Galilea gaat. En dat ze hem daar zullen zien. Precies zoals Jezus ook al gezegd heeft.’ De vrouwen gingen het graf uit. Ze vluchtten weg, want ze waren vreselijk geschrokken. Ze vertelden niemand iets, omdat ze zo bang waren.

Verwerking

Betrouwbaarheid 

Herken je het? Dat er iets gebeurd is, maar dat er twee verhalen de ronde doen? Allebei de verhalen kloppen, zijn waar, maar toch verschillend.

Mattheüs en Marcus vertellen allebei een verhaal van de opstanding dat ze gehoord hebben. Ze waren er niet zelf bij.

De details verschillen, maar de kern van het verhaal is gelijk. Kijk maar naar het aantal vrouwen, het wegrollen van de steen, de plek van de engel, de emoties van de vrouwen en wat de vrouwen daarna gaan doen.

Voor een rechtbank zullen deze getuigenissen betrouwbaarder gelden, want als getuigen exact hetzelfde zeggen, is er zeer waarschijnlijk overleg geweest.

Vraag: heb je zelf weleens twee verhalen gehoord over een gebeurtenis die echt gebeurd was? Kun je een voorbeeld uit de Bijbel noemen?

Gebedspunten: Bid God om wijsheid en de leiding door Zijn Geest bij het lezen van de Bijbel, zodat we het wonder van de opstanding gaan zien.

Dank voor de getuigen van de opstanding van Jezus.